Minister Cora van Nieuwenhuizen van Infrastructuur en Waterstaat heeft een extern bureau ingeschakeld om de genomen maatregelen van het CBR te monitoren. Ze is naar eigen zeggen ‘in de fase dat ze het CBR niet meer op de blauwe ogen gelooft’. Dat heeft ze dinsdagavond aangekondigd tijdens het debat in de Tweede Kamer over de gang van zaken rondom de rijbewijsverlengingen bij het CBR.
De minister zegt de zorgen van de Tweede Kamer te delen. “Het begon met de lange wachttijden voor het rijexamen, daar lijkt het nu de goede kant op te gaan. Maar nu is de hoeveelheid mensen die mij benaderen, met name 75-plussers, weer flink toegenomen. Ik kan niet op een verjaardag verschijnen of iemand begint erover. Ook bij mij is het gevoel van onbehagen versterkt.”
Extern onderzoek
De eerste bevindingen uit het onderzoek van de externe partij, de Galan Groep, is dat het CBR niet tijdig heeft gehandeld om de aanvragen voor rijbewijsverlengingen op te vangen, zo laat de minister alvast weten. “Maar ook dat de de problemen alle aandacht hebben van het management. De voorlopige conclusie is dat de door het CBR ingezette koers goed is, maar er moet wel aan een aantal randvoorwaarden worden voldaan.” In mei worden de conclusies met de Tweede Kamer gedeeld.
Een van de maatregelen van het CBR om de problemen tegen te gaan is bijvoorbeeld de inzet van extra medisch personeel. Verder is de capaciteit van de klantenservice sinds januari uitgebreid van 80 naar 180 medewerkers. Na een telefonische wachttijd van vijf minuten kunnen mensen ook kiezen voor een terugbeloptie, Ook wordt er prioriteit gegeven aan de mensen die het langst wachten op het rijbewijs en is er een spoedprocedure voor beroepschauffeurs. Verder start in april een publiekscampagne onder de naam ‘maximaal digitaal’.
‘Tien jaar lang problemen’
“We zijn vele directeuren en beloftes verder, maar de problemen bij het CBR zijn de afgelopen tien jaar alleen maar groter geworden”, zegt SP’er Cem Lacin. Hij eist dat er ook wordt gekeken naar de rol van het ministerie bij het CBR als zelfstandig bestuursorgaan.
De bewindsvrouw zegt toe dat het handelen door het ministerie meegenomen wordt in het onderzoek door de Galan Groep. Ze erkent dat er de afgelopen jaren veel is misgegaan bij het CBR: zoals op financieel gebied, of de wachttijden voor het praktijkexamen. Het CBR is ook nog niet AVG-proof, meldt de minister. “Ook daar ben ik bezorgd over. Weliswaar gaat het steeds om een ander thema, maar de rode draad is dat er voortdurend problemen opduiken”, aldus Van Nieuwenhuizen.
Tegemoetkoming kosten
De Kamerleden eisten daarnaast een coulanceregeling voor de mensen die extra kosten hebben moeten maken door het wachten op het rijbewijs, bijvoorbeeld voor het vervangend vervoer. De minister heeft toegezegd dat deze mensen bij het CBR terecht kunnen. De aanvraag zal steeds afzonderlijk beoordeeld worden. “Het CBR heeft mij toegezegd hier coulant mee om te gaan”, aldus Van Nieuwenhuizen.
Keuringsartsen
Corrie van Brenk (50PLUS) wilde, net als de andere Kamerleden, van de minister weten wat er gedaan kan worden tegen de louche praktijken bij keuringsartsen. Uit de verhalen van de keuringsartsen tijdens de hoorzitting kwamen de grote verschillen in werkwijze en prijzen naar voren. Ook zouden artsen tegen betaling patiënten gezond verklaren. “Wordt het niet tijd dat we het predikaat ‘keuringsarts’ in het leven roepen?”, aldus Van Brenk. “Zodat we de kwaliteit van keuringsartsen op hetzelfde niveau kunnen houden. En om ervoor te zorgen dat iemand een gedegen opleiding vanuit het CBR heeft gekregen om specifiek keuringen uit te voeren.”
Van Nieuwenhuizen benadrukt dat artsen onder het tuchtrecht vallen en dat regionale tuchtcolleges maatregelen kunnen nemen. Ze zegt dat ze vanuit haar rol geen bevoegdheid heeft om in om in te grijpen. Wel gaat het CBR een verkenning doen in samenwerking met een groep keuringsartsen naar de huidige situatie. “We willen eerst een beeld krijgen van de problematiek en kijken dan wat er mogelijk is.”
Kritiek op directie
PVV’er Roy van Aalst stoorde zich met name over de manier waarop CBR-directeur Petra Delsing naar de achtergrond is getreden. “In dezelfde week dat het CBR onder verscherpt toezicht is gesteld, stapt de algemeen directeur gewoon op. Maar voor 2 ton per jaar blijft ze nog wel werken aan het Strategisch Plan Verkeersveiligheid. Het CBR is onder haar leiding geïmplodeerd. Het lijkt me bijzonder onverstandig om haar aan dit plan te laten werken.” Volgens Van Aalst moet er ‘een bezem door de directie van het CBR worden gehaald’.
De minister zegt dat Delsing zich niet alleen bezighoudt met het strategisch plan verkeersveiligheid, maar ook met onder meer innovatie en beleidsontwikkeling. “Er is nog werk genoeg.” Van Aalst kreeg geen bijval van de andere Kamerleden.
Lees ook:
Geef een reactie